Altaarkruis

From OrnaWiki
Jump to: navigation, search
Altaarkruis, Brugge, Kathedraal Sint-Salvator, 1687 ca, © KIK, Brussels, cliché Z011992
Willem De Vos, Altaarkruis Zele, Kapel O.L.Vrouw van 7 Weeën[Kouter], 1650 ca, © KIK, Brussels, cliché B084383
Altaarkruis in Egide Smeyers, H. Johannes de Doper bemiddelt bij de H. Drievuldigheid, olieverf op doek, 1687, Mechelen, Kerk Sint-Jan-Baptist en Evangelist, © KIK, Brussels, cliché X008220

Etymologie

  • Altaar: < Latijn altare, « altaar (Christelijk) »
  • Kruis: < middelnederlands crûce < latijns. crūce-m van crux= kruis.

Definitie

Kruis op voet, geplaatst in het midden van het altaar, naast de kandelaren of op het tabernakel (Van Dale & AAT-NED).

Hierarchie

Oorsprong en ontwikkeling

Het altaarkruis verschijnt niet vóór de 11de eeuw. Toch zijn er al vanaf de 5de eeuw meldingen van een kruis in de omgeving van het hoofdaltaar: opgehangen boven het altaar, geplaatst achter of naast het altaar of, wanneer er een ciborium aanwezig is, op de top daarvan. In het begin van de 9de eeuw nam bisschop Gerbald van Luik evenwel een kruis op in de stukken die een priester zich mag aanschaffen indien hij er de middelen voor heeft (Capitula III, titel VII).

Rational de Durand schrijft op het einde van de 13de eeuw, dat het om een reeds aanzienlijk ingeburgerde praktijk gaat. Het altaarkruis – de afbeelding van het crucifix – kon bovendien rechtstreeks in het altaarretabel geïntegreerd zijn door de afbeelding van een kruisiging, op de muur achter het altaar bevestigd of geschilderd zijn, enz.

Toch zou het gebruik ervan pas op het einde van de 16de eeuw veralgemeend raken onder impuls van de Romeinse Missale, waar vermeld wordt dat een kruis – meer bepaald een crucifix – in het midden van het altaar moet worden geplaatst tussen twee kandelaars.

Typologie

Het altaarkruis bestaat uit een kruis met één dwarsbalk en de afbeelding van de gekruisigde Christus. Soms is de Christus uitgevoerd in een ander materiaal dan het kruis of wordt hij weergegeven in een andere kleur. Het geheel staat op een sokkel, die versierd kan zijn met eenvoudige decoratieve elementen of iconografische onderwerpen (Maagd met kind, Kruistafereel) of soms relieken bevat.

Normatieve teksten

Crux quoque super altare ponenda est, et eam inde tollit bajulus Crucis, in quo recolitur, quia Crucem de Christi humeris sublatam tulit Simon cyrenaeus. Inter duo candelabra Crux in altari media collocatur, quoniam inter duos populos Christus in Ecclesia mediator existit. Ipse enim est lapis angularis, qui fecit utraque unum, ad quem pastores a Judaea, et Magi ab oriente venerunt.

Super altare collocetur Crux in medio, &candelabra saltem duo cum candelis accensis hinc et inde & utroque eius latere.

Cum pervenit ad Altare, stans ante illius infimum gradum, caput detegit, biretum ministro porrigit, &Altari, seu imagini Crucifixi desuper positae profunde inclinat.

Imago Crucifixi nunquam tempore, Sacrificii in altari desit: & Caeremoniae Romanae: deinceps tam in Missa, quam in aliis Divinis Officiis, quantum fieri potest, exacte serventur.

Andere benamingen

Autres langues
FR croix d'autel
EN altar cross
DE Altarkreuz
IT croce d'altare
ES cruz de altar

BALaT

De altaarkruizen (1400-1700) in BALaT

Afbeelding van altaarkruizen (1400-1700) in BALaT

De altaarkruizen in de bibliotheek van het KIK

Bibliografische orientatie

  • Joseph Braun, Das christliche Altargerät in seinem Sein und in seiner Entwicklung, Munich, Max Hüber Verlag, 1932, p. 466-492.
  • J. Malet (abbé), « Essai sur les autels », Revue de l'art Chrétien, 23e année, 2e série t. 11 (38e de la collection), 1879, p. 51.
  • Sacraal metaal. Liturgische gebruiksvoorwerpen : betekenis, funktie, evolutie, vorm, tentoonstellingscatalogus, Sint-Truiden, Museum voor religieuze kunst, 2 vol., 1984, p. 9.