Difference between revisions of "Altaarbaldakijn"

From OrnaWiki
Jump to: navigation, search
Line 16: Line 16:
  
 
== Oorsprong en ontwikkeling ==
 
== Oorsprong en ontwikkeling ==
xxx
+
De eerste bekende vermelding van een baldakijn staat in een cartularium van de Parijse Notre-Dame uit het midden van de 12de eeuw. Courant wordt het baldakijn vanaf de 13de eeuw. Het vormt een alternatief voor het [[ciborium]]. Net als een [[ciborium]] beschermt een baldakijn het altaar tegen stof dat van de zoldering van de kerk zou kunnen vallen.
  
 
== Typologie ==
 
== Typologie ==
xxx
+
Het baldakijn is een alternatief voor het ''ciborium'': het ''Caeremoniale Episcopale'' plaatst ze parallel. Volgens Perrin (''Thesaurus des objets religieux'') is het altaarbaldakijn te onderscheiden van het door vier of meer zuilen gedragen ''ciborium''. De AAT-Ned hanteert voor ''ciborium'' dezelfde nuance maar gebruikt niettemin de term ''baldakijn''. De manier van versieren is evenwel niet identiek. Een ''ciborium'' is niet gemakkelijk aan te passen. Het ''Caeremoniale Episcopale'' bepaalt immers dat voor het baldakijn dezelfde kleuren gebruikt worden als voor de gewaden en het andere textiel, wat voor een ciborium niet mogelijk is.
 +
Toch worden altaarbaldakijnen niet alleen van stof gemaakt.
 +
 
 +
Volgens Joseph Braun zijn er twee typologieën, telkens onderverdeeld in twee subgroepen:
 +
* Baldakijnen van soepel materiaal (stof):
 +
** Eenvoudig weefsel dat boven het altaar is gespannen (vooral Germaanse landen. Ze zijn te vinden tot het begin van de 17de eeuw, meer bepaald in de statuten van het concilie van Geldenaken in 1611 en Fleurus 1616. Daarna verdwijnen ze geleidelijk.)
 +
** Weefsel(s) bevestigd aan het gewelf of aan de zoldering en afhangend rond het altaar (noorden van Frankrijk vooral, maar daarna de bevoorrechte oplossing in renaissance en barok)
 +
* Houten baldakijnen (in onbruik sinds de 16de eeuw):
 +
** Vlak dak bevestigd aan de muur of aan het retabel
 +
** Half tongewelf boven het retabel of bevestigd aan de muur. [http://balat.kikirpa.be/obj/10057813/img/A004255object10057813 (zoals hier in de Sint-Walburgiskerk van Bergen in 1889)]
 +
 
 +
Het tweede subtype van het eerste type is in verschillende vormen mogelijk: klokvorm, vierhoekig (vooral in Italië). Ze konden vervolgens opgesierd worden met gordijnen of franjes. De kleur wisselt. Carolus Borromeus adviseert blauw.
  
 
== Normatieve teksten ==
 
== Normatieve teksten ==

Revision as of 13:34, 14 October 2021

Fragmenten van een altaarbaldakijn Namen, Onze-Lieve-Vrouwekerk, 2de helft van de 17de eeuw, © KIK, Brussel, cliché M210522
Jean Mansel en Simon Marmion, Prediking van Peter, Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, ms. 9232, fol. 435, ca. 1455, © KIK, Brussel, cliché B072965
Anonym, De verdeling van de hostie, Louvain-la-Neuve, Universiteitsarchieven, ms. A4, fol. 32v.-33, 1552, © KIK, Brussel, cliché X013587


Etymologie

xxx

Definitie

Structuur uit hout of textiel dat boven het altaar wordt gehangen met een beschermend, decoratief of symbolisch doel.

Hierarchie

Oorsprong en ontwikkeling

De eerste bekende vermelding van een baldakijn staat in een cartularium van de Parijse Notre-Dame uit het midden van de 12de eeuw. Courant wordt het baldakijn vanaf de 13de eeuw. Het vormt een alternatief voor het ciborium. Net als een ciborium beschermt een baldakijn het altaar tegen stof dat van de zoldering van de kerk zou kunnen vallen.

Typologie

Het baldakijn is een alternatief voor het ciborium: het Caeremoniale Episcopale plaatst ze parallel. Volgens Perrin (Thesaurus des objets religieux) is het altaarbaldakijn te onderscheiden van het door vier of meer zuilen gedragen ciborium. De AAT-Ned hanteert voor ciborium dezelfde nuance maar gebruikt niettemin de term baldakijn. De manier van versieren is evenwel niet identiek. Een ciborium is niet gemakkelijk aan te passen. Het Caeremoniale Episcopale bepaalt immers dat voor het baldakijn dezelfde kleuren gebruikt worden als voor de gewaden en het andere textiel, wat voor een ciborium niet mogelijk is. Toch worden altaarbaldakijnen niet alleen van stof gemaakt.

Volgens Joseph Braun zijn er twee typologieën, telkens onderverdeeld in twee subgroepen:

  • Baldakijnen van soepel materiaal (stof):
    • Eenvoudig weefsel dat boven het altaar is gespannen (vooral Germaanse landen. Ze zijn te vinden tot het begin van de 17de eeuw, meer bepaald in de statuten van het concilie van Geldenaken in 1611 en Fleurus 1616. Daarna verdwijnen ze geleidelijk.)
    • Weefsel(s) bevestigd aan het gewelf of aan de zoldering en afhangend rond het altaar (noorden van Frankrijk vooral, maar daarna de bevoorrechte oplossing in renaissance en barok)
  • Houten baldakijnen (in onbruik sinds de 16de eeuw):

Het tweede subtype van het eerste type is in verschillende vormen mogelijk: klokvorm, vierhoekig (vooral in Italië). Ze konden vervolgens opgesierd worden met gordijnen of franjes. De kleur wisselt. Carolus Borromeus adviseert blauw.

Normatieve teksten

Synode XXX :

"Lorem ipsum dolor" Bron: Concilia Germaniae, vol. 3, p. 691.


Andere benamingen

Autres langues
FR dais d'autel
EN terme EN
DE terme DE
IT terme IT
ES terme ES
Oude talen
Latijn termen in het Latijn
Oud- en Middelnederlands termen in O-MNL

BALaT

De altaarbaldakijnen (1400-1700) in BALaT

Afbeelding van altaarbaldakijnen (1400-1700) in BALaT

De altaarbaldakijnen in de bibliotheek van het KIK

Attachement

Altaarbaldakijn, thesaurus fiche : Laatste wijziging op 4-3-2020.

Bibliografische orientatie

xxx