Pax

From OrnaWiki
Jump to: navigation, search
Van Jaersvelt, Renier (goudsmid), Pax, 1546-1547, Innsbruck[AT], Hofkirche, © KIK, Brussel, cliché G002828
Van Jaersvelt, Renier (oudsmid), Pax, 1546-1547, Innsbruck[AT], Hofkirche, © KIK, Brussel, cliché N009243
Sint Martinus van Tours deelt zijn mantel met een arme, pax, ivoor, eerste helft van de 16e eeuw, Deux Acren, Eglise Saint-Martin, © KIK, Brussel, cliché M094793
Phylacterium van H. Barbara, zilver, 1669-1670, O.L.V. Kathedraal Antwerpen, © KIK, Brussel, cliché KM010020
Mirakeltafereel van O.-L.-Vrouw van Meetkerke: Onze Lieve Vrouw geneest kreupele vrouw, olieverf op doek, 1647, Meetkerke, Kerk O.L.Vrouw, © KIK, Brussel, cliché B145299, detail

Etymologie

Latijns woord, dat vrede betekent.

Definitie

Rechthoekig of rond tablet uit hout, ivoor, kristal of edelmetaal, meestal met een rechte basis of op voetjes en versierd met voorstellingen uit het leven van Christus. Op de rugzijde voorzien van een handvat. Werd door de gelovigen gekust tijdens de liturgische dienst (Gloss. Artis, 2, p. 28).

Hierarchie

Oorsprong en ontwikkeling

De oorsprong van de paxtafel of osculatorium staat in nauw verband met het ritueel dat men de vredeskus noemt [osculum pacis] en waarvan het bestaan sinds de 5de eeuw gedocumenteerd is. Tijdens de misviering, na de consecratie door de priester, werden de gelovigen soms uitgenodigd elkaar te kussen. Die omhelzing werd in de loop der tijden almaar zeldzamer en halfweg de 13de eeuw raakte ze helemaal in onbruik. In dezelfde periode, op het einde van die eeuw, komt een geïllustreerd plaatje in de plaats van het fysieke contact tussen de leken (object KIK 49941). De paxtafel is doorgaans vervaardigd van hout, ivoor of metaal en wordt door de diaken of onderdiaken aan de gelovigen aangeboden zodat zij de afbeelding op de voorkant kunnen kussen. Meestal gaat het om een afbeelding van het Kruis of van een kruistafereel. Andere taferelen uit het leven van Christus komen eveneens voor, een Maagd met Kind of, in enkele gevallen, de patroonheilige van een kerk (zie meer bepaald het KIK-object 131396 of de foto M094793 hiernaast). Deze gewoonte ontwikkelt zich hoofdzakelijk in de 15de eeuw.

Ze bestaat nog altijd, maar in het begin van de 20ste eeuw lijkt de geestdrift ervoor weg te ebben. Sedertdien vindt dit ritueel alleen nog bij zeldzame gelegenheden plaats, meer bepaald tijdens begrafenissen.

Sommige paxtafels hebben dienst kunnen doen als fylacteria, als reliekhouders dus. Ze hebben een functie die identiek is aan die van een gewone paxtafel, maar de centrale afbeelding is vervangen door een doorzichtige custodia waarin een reliek zit. Het ontstaan van de paxtafel-reliekhouder in de tijd situeren valt niet mee, maar volgens Marek Derwich konden sommige relieken vanaf het einde van de 15de eeuw op die manier gebruikt worden (zie object KIK 88184 of de foto KM010020 hiernaast).

Typologie

Door de eeuwen heen heeft de paxtafel allerlei vormen en afmetingen gekend. Meestal gaat het om snijwerk of edelsmeedwerk. In sommige gevallen kan het centrale beeld een grafische afbeelding zijn, meer bepaald in email. Over het algemeen zijn deze objecten gemaakt van nobele materialen.

De oudste voorbeelden, van rond de 13de en de 15de eeuw, zijn rechthoekig van vorm. Sommige plaatjes hebben bovenaan de vorm van een cirkelboog of een gotische puntgevel (object KIK 10039170). Uit deze periode vindt men een aantal voorbeelden die uit ivoor zijn gemaakt.

Regelmatig heeft het voorwerp vormen die uit de architectuur afkomstig zijn (object KIK 10058012). Zo krijgt de paxtafel in de 16de eeuw een fronton en oudheid-achtige zuilen die de afbeelding inlijsten, terwijl de langwerpige vorm bewaard blijft (zie object KIK 11052578 of het peisberd van Averbode, object KIK 40000601).

Sinds de 17de eeuw is de paxtafel doorgaans gemaakt van gedreven metaal. De omlijsting van de centrale afbeelding wordt almaar rijker en gevarieerder maar de vorm blijft relatief vierhoekig (zie object KIK 9763).

De gewone paxtafel is van de paxtafel-reliekhouder te onderscheiden door haar voorkomen. Laatstgenoemde heeft doorgaans een veeleer ronde of ovale vorm, met in het midden een tentoongesteld reliek (zie object KIK 44099). Om het voorwerp recht te houden is het hengsel aan de achterzijde soms vervangen door een driepoot. Er bestaat typologisch ook een tussenvorm, waarbij de paxtafel haar langwerpige vorm met een heilige afbeelding behoudt maar tegelijk voorzien is van een glazen custodia met daarin de overblijfselen van een heilige (zie objecten KIK 154361 en 70308).

Normatieve teksten

Synode van Praag, 1355. Een van de eerste vermeldingen van een paxtafel.

Monemus quoque omnes Plebes, Plebanos & Rectores Ecclesiarum, ut plebes suas informent, & inducant, ut osculum pacis post Agnus Dei per Clericum ipsis porrectum solum propter XI dierum indulgentias per nos dudum datas, & concessas mutuo inter se recipiant, alter alteri porrigendo, & si eos ad hoc inducere non possent, indulgemus, ut tabula cum Crucifixo in signum pacis ad osculandum deferatur.

De Caeremoniale Episcoporum (blz. 99-100) verduidelijkt dat het vredesteken in aanwezigheid van leken aan hen wordt gegeven via een instrument dat gekust is door de assisterende priester:

Regulare est, ut pax detur primo cuiuscumque ordinis, videlicet, primo ex Canonicis Diaconis, &primo ex Canonicis Subdiaconis, ubi distinctae sunt praebendae; vel, ubi praebendae non sunt distinctae, primo ab utroque latere stanti, qui successive pacem dat alteri subsequenti, &ille dat alteri: &, si aderunt laici, ut Magistratus, & Barones, ac nobiles, detur pax cum instrumento, quodinstrumentum osculetur prius Presbyter assistens

In de instructies voor het bouwen van kerken (Boek II) van Carolus Borromeus worden kostbaarder paxtafels dan andere vermeld. Ze worden versierd met een vrome afbeelding. Het hengsel is van hetzelfde metaal gemaakt als de rest van het voorwerp.

De tabella gestatoria pacis

Tabella gestatoria pacis, quae pretiosior est, ex auro, vel argento; minus pretiosa, ex aurichalco conflata, aliquoque piae caelaturae ornatu insignis, imaginem pietatis condecenter egregieque expressam exhibeat: latitudine constet unciarum octo, longitudine duodecim circiter; a tergo manubrium habeat ejusdem metalli.

De paxtafel komt nog ter sprake in de Ritus servandus of Ordo missæ van 1965 (X - De zondagse oratie en het vervolg tot aan de Communie): Gebogen en met de handen samengebracht op het altaar zegt hij vervolgens met zachte stem: Domine Iesu Christe, enz. Als hij na afloop van deze oratie de vrede moet geven, kust hij het altaar en het vredesinstrument dat hem wordt voorgehouden door de rechts van hem geknielde bedienaar, en zegt hij: Pax tecum.  

Andere benamingen

kustafel, paxtafel, vredekustafel, vredesbord, vredestafel, peisberd.

Autres langues
FR baiser de paix
EN pax (liturgical object)
DE Kusstafel
IT pace (liturgia)
ES portapaz
Oude talen
Latijn pax, osculatorium, instrumentum pacis

BALaT

De pax (1400-1700) in BALaT

Afbeelding van pax (1400-1700) in BALaT

De pax in de bibliotheek van het KIK

Topstukken

Osculatoires en ivoire

Bibliografische orientatie

  • Bernard Berthod & Élisabeth Hardouin-Fugier, Dictionnaire des arts liturgiques, XIXe-XXe siècle, Paris, 1996, p. 101-103.
  • Bruno Bürki, « Osculum pacis – ein Zeichen im Gottesdienst heute », in Jahrbuch für Liturgik und Hymnologie, v. 31, 1987/88, p. 84-88. https://www.jstor.org/stable/24201003
  • Marek Derwich, « Le baiser de paix utilisé lors du couronnement des rois de Pologne et déposé au Trésor de Notre-Dame de Paris. Considérations sur l'importance des croix et des reliques pour le couronnement des rois de Pologne », in Cahiers de civilisation médiévale, n°152, Octobre-décembre 1995, p. 337-344. https://doi.org/10.3406/ccmed.1995.2628
  • Piero Donati & Maria Ludovica Nicolai, « Problemi di ricostruzione in una piccola oreficeria: la pace di Portovenere », in Kermes : la rivista del restauro, v. 16, n° 52, 2003, p. 32-36.
  • D. Duret (abbé), Mobilier, vases, objets et vêtements liturgiques. Étude historique, Paris, Letouzey & Ané, 1932, p.251-252, 314.
  • Glossarium Artis, Faszikel 2, Liturgische geräte, Kreuze une Reliquiare der Christlichen Kirchen - Objets liturgiques, croix et reliquaires des églises chrétiennes, Dokumentationsstelle Tûbingen, Tübingen-Strasbourg, 1972, p. 28.
  • L. Guénebault, « Notice sur l’instrument nommé oscultarium, osculum pacis ou vulgairement paix », in Revue Archéologique, 15e Année, n° 2, 1858/1859, p. 421-423. https://www.jstor.org/stable/41742573
  • V.-J. Guignies, « Notice sur les instruments de paix de Deux-Acren », in Annales du Cercle archéologique de Mons, t. 11, 1873, p. 275-277 (concerne les objets IRPA 10039170 et 10039171).
  • Magie de l’orfèvrerie, Argenterie européenne de 1500 à 1850 dans les collections privées, Brussel, 2000, p. 74 et 112.
  • Joël Perrin & Sandra Vasco Rocca (dir.), Thesaurus des objets religieux. Meubles, objets, linges, vêtements et instruments de musique du culte catholique romain. Religions objects of the Catholico Faith. Corredo ecclesiastico di culto cattolico, Paris, Caisse nationale des Monuments historiques, éditions du Patrimoine, 1999, p. 219-221.
  • Sacraal metaal. Liturgische gebruiksvoorwerpen : betekenis, funktie, evolutie, vorm, cat. exp. Sint-Truiden, Museum voor religieuze kunst, 2 vol., 1984, p. 7-8.
  • Frans Van Molle, « De pax van Averbode in de Hofkirche te Innsbrück en het borstkruis van abt Mattheus’s Volders », in Revue belge d'Archéologie et d'Histoire de l'Art - Belgische tijdscrhift voor Oudeheidkunde en Kunstgeschiedenis, 41; Leuven, 1974, pp. 3 à 20.
  • Mieke van Zanten, Religieus erfgoed uit kerken en kloosters in de Lage Landen, Zutphen, 2008, p. 200.

Webografie