Aurifrisium
Contents
Etymologie
< Laag Latijn aurifrigia, aurifrisia, aurifrisum, aurifrasus, aurifresus, aurifrixium, auriphrigium; van Latijn aurum, goud, en Spaans friso, zelf van Arabisch ifrîz, richel van een muur om de regen buiten te houden (cfr Littré).
Definitie
Uit zijde of andere kostbare stof bestaande banden, met in goud of zijde geweven patronen, die zich bevinden op liturgische gewaden.
Hierarchie
Typologie
Het gaat om geborduurde stroken (met decoratieve motieven of geborduurde taferelen) in rechthoekige vakken, soms met bouwkundige motieven (zuilen) er omheen en schelpen erboven. Aurifrisia worden aangebracht op de verticale randen van de koorkap en op de voor- en achterzijde van kazuifels, waar ze vooraan een middenband en achteraan een kruis vormen.
Andere benamingen
goudborduursel, aurifries
Autres langues | |
---|---|
FR | orfroi |
EN | orphrey |
DE | Aurifrisium, Auriphrygium |
IT | stolone |
ES | estolón, auriphrygium |
BALaT
De aurifrisium (1400-1700) in BALaT
Afbeelding van aurifrisium (1400-1700) in BALaT
De aurifrisium in de bibliotheek van het KIK
Bibliografische orientatie
- Jos. Braun, Die liturgischen Paramente in Gegenwart und Vergangenheit, Freiburg i. Br. 1924, S. 34. 3.
- D. Duret (abbé), Mobilier, vases, objets et vêtements liturgiques. Étude historique, 1932, p. 266.